Met veel interesse kijk ik naar documentaires over vliegtuigongelukken. Steevast komt daar aan de orde dat er altijd een grondig onderzoek wordt gedaan naar de oorzaak. De ongelukken kenmerken zich door de enorme gevolgen.

De uitkomst van die onderzoeken laat vaak zien dat het domme pech is geweest. Het kan ook een constructiefout vanaf de tekentafel zijn, een fabrieksfout die aan het licht komt of een menselijke fout. Om die laatste kans te verkleinen is er bij de grote en zware vliegtuigen altijd een copiloot.

Ik zie in de documentaires dat veiligheid voor alles gaat. Het geeft mij altijd weer een goed gevoel. De veiligheid kan nooit voor 100 procent gegarandeerd worden. Maar ik merk aan de prioriteit die eraan gegeven wordt dat ik het vertrouwen in vliegen niet kwijtraak als er eens een vliegtuig neerstort. Dat gebeurt natuurlijk hoogstzelden, maar omdat het gevolg zo’n impact heeft op je gevoel van veiligheid, kan het toch wat met je vertrouwen in de aerodynamica doen.

Het is dus maar goed dat er minutieus wordt gekeken naar de mogelijke oorzaak van een ongeval. Na het onderzoek kun je gericht met eventuele verbeteringen komen. Hiermee vermijd je dat je desastreuze maatregelen voorafgaand aan het onderzoek neemt die meer kwaad dan goed doen.

‘Ongelukken’ in strafzaken

Ik ben blij met de aandacht die gegeven wordt aan de ‘ongelukken’ die zich voordoen in strafzaken en in de verdediging daarvan. Evenzeer komen ze hoogstzelden met enorme gevolgen voor. Maar als ze zich voordoen, zoals wellicht bij Taghi en zijn ‘nevenadvocaat’, dan moet dat inderdaad tot een grondig onderzoek leiden. En dan is het maar afwachten welke omstandigheden tot dit ongeluk hebben geleid. Was het een constructiefout in de wet, een fout in de bezoekregeling, of was het een menselijke fout?

Afgelopen maandag kwam in het nieuws dat een verdachte in grote en zware strafzaken mogelijk móet worden bijgestaan door twee advocaten. De idee daarachter is dat een advocaat die in zijn eentje de verdachte in zo’n zaak verdedigt, minder snel onder druk kan worden gezet om zich voor het karretje van zijn cliënt te laten spannen. Slechts één advocaat zou tot meer ongelukken kunnen leiden.

Vertrouwensband

Maar het aanstellen van een co-advocaat lukt niet. Niet in de laatste plaats omdat de verdachte een advocaat kan weigeren. Als je in bepaalde zaken een tweede advocaat verplicht stelt, is weigeren geen optie en zal van een vertrouwensband tussen de verplichte maar niet gewenste advocaat en de verdachte geen sprake kunnen zijn.

En die band is wezenlijk voor de verdediging. Iemand die voor het gerecht moet verschijnen mag zich verdedigen en daar hoort bij dat hij zijn situatie in alle vertrouwen met iemand moet kunnen bespreken.

Zoals je ook bij een medicus alles naar voren moet kunnen brengen om de kans op genezing zo groot mogelijk te maken, waaronder zo nodig al je geheimen. Bij de arts staat je genezing voorop, bij de strafrechter je verdediging.

Als een advocaat in een verkeerde verleiding komt, is dat een menselijke fout en als daar sprake van is, hoef je geen maatregelen te nemen die beperkend zijn voor de verdediging in algemene zin. Iedereen is er bij gebaat dat dit goed zal landen.

Bart Canoy is strafrechtadvocaat in Leeuwarden

Zie Leeuwarder Courant

‘Als een advocaat in een verkeerde verleiding komt, is dat een menselijke fout.’ FOTO ANP Foto: Lex van Lieshout ANP XTRA